De Kempenaar bericht over de medaillewinnaar
‘Verleden zaterdag kwam in onze stad het verrassend en verblijdend nieuws, dat Mr. Albert Van Dyck, wonende Paterstraat alhier, tot primus uitgeroepen was in den prijskamp 1920-1921 der Koninklijke Vlaamsche Akademie voor schoone kunsten, te Antwerpen in het Hooger onderwijs van teekening naar levend model. De hartelijkste gelukwenschen werden den jeugdigen kunstenaar en zijne achtbare ouders aangeboden. Het stadsbestuur zond hem ook een brief van gelukwenschen. Nauwelijks was de blijde tijding gekend of de feestvlag wapperde aan al de woningen der Paterstraat, de inwoners willende alzoo hulde brengen aan den gekroonden laureaat. De jeugdige kunstenaar, pas 18 jaar oud, genoot zijne opleiding in onze stadsteekenschool, onder de leiding van den kundigen bestierder M. Surinx, waar hij zoo menige lauweren in oogstte. Iedereen herinnert nog de bewondering, die zijne kunstwerken telkenjare afdwongen aan het publiek, dat de tentoongestelde werken van de leerlingen onzer teekenschool bezocht. Toen reeds werd gezegd: Mr Van Dyck is een kunstenaar. De schitterende onderscheiding, die hij behaalt tusschen zijne talrijke oudere en begaafde mededingers, is de glorievolle bekroning van zijne aanhoudende studie, van zijne noeste vlijt en zijne groote liefde voor de kunst. ‘De Kempenaar’ wenscht den laureaat van harte geluk, en hoopt dat hij nog meer lauweren zal plukken op de moeilijke maar schitterende baan der schoone kunsten.’